Geplaatst op Geef een reactie

Zorgelijke zorg

Gisteren (inmiddels al enkele jaren geleden) dit blog een reactie op het Kenniscentrum Borstvoeding artikel over hoe een zorgverlener te herkennen die niet echt om borstvoeding geeft. Op Twitter ontspon zich daarop een gesprek met een zorgverlener, die nogal was geschrokken van de voorbeelden die dokter Jack in zijn artikel geeft: ”Ik mag hopen dat dit soort zaken in de praktijk toch niet meer gebeuren!…..”.

Titelfoto: Het Groene Kruis gebouw (Wessem) in het Openluchtmuseum. Bron.

Ik vrees, en verwerkte die vrees ook in een antwoord, dat dat deze zorgverlener een te rooskleurig beeld heeft van de kennis en attitude van de gemiddelde zorgverlener in zwangeren en de moeder&kind zorg. Waarop ze wilde weten: ”Wat zou je een acceptabel niveau vinden (mbt kennis van BV) van een cb-arts? M.a.w. wat zijn de minimum eisen?”. Omdat we het erover eens waren dat de 140 tekens in een twitterbericht daarvoor wat krap zijn, beloofde ik een blog.
3BVregels
Ik gaf al wel vast de belangrijkste: borstvoeding oplossingen voor borstvoeding problemen. Hiermee bedoel ik: als de vraag borstvoeding is, is kunstvoeding niet het antwoord. Als de zwerende vinger de vraag is, is afhakken ook niet het antwoord. Wel als je er te lang mee blijft rondlopen en het niet goed behandelt. In dezelfde lijn: als moedermelk de vraag is, is kunstmatig nagemaakte moedermelk niet het antwoord. Je herkent dus een borstvoeding-gericht denkende zorgverlener aan oplossingen met behoud van borstvoeding of op zijn minst met behoud van moedermelkvoeding voor borstvoeding problemen. Een zorgverlener die zo werkt volgt de drie borstvoedingsbegeleidingsregels die hierboven staan op. Bij regel 1 is de volgorde: 1. eigen moedermelk aan de borst; 2. gekolfde moedermelk-aan-de-borst of anders gegeven; 3. moedermelk van een andere moeder aan haar borst of als donormelk; 4. kunstmatige zuigelingenvoeding; en 5. huisgemaakte koe- of geitenmelk-vet-zetmeel-watermengsels.

Presentation1Een tweede kenmerk van een borstvoedinggericht denkende zorgverlener is dat h/zij weet wat h/zij niet weet en wanneer en naar wie door te verwijzen. Precies zoals een huisarts een brede algemene kennis van gezondheid en ziekte heeft weet wanneer en naar wie door te verwijzen voor ingewikkelder problemen, werkt dat met borstvoeding ook. Voor problemen met het bewegingsapparaat verwijst hij (of zij of de arts of verpleegkundige van het consultatiebureau) je naar de fysiotherapeut, voor voedingsproblemen naar de diëtist en voor borstvoedingsproblemen naar de lactatiekundige. Een goede zorgverlener weet vooral heel goed wat h/zij niet weet en wie het dan wel weet.

Dan is er natuurlijk tot slot, maar niet het minst belangrijk, de basiskennis over de menselijke lactatie en (de begeleiding bij) borstvoeding. Wat de zorgverlener, of dat nu op MBO, HBO of academisch niveau is, leert over de menselijke lactatie en borstvoeding is ronduit treurig. Er wordt nauwelijks ruimte voor ingedeeld in de curricula en een marginaal percentage van de lestijd. Veel van de kennis die wordt doorgegeven is sterk gekleurd, of zelfs direct geleverd door, de fabrikanten van borstvoeding substituten. Zorgverleners die wel een redelijk tot goede basiskennis hebben in dit veld, verkregen dit door het volgen van bijscholingen of door zelfstudie. Datzelfde geldt voor de kennis over normaal zuigelingen- en peutergedrag aangaande slapen en waken, spijsvertering en ontwikkelingspsychologie. Deze gebrekkige kennis is af te lezen aan de veelvuldig gegeven adviezen over slaaptraining, alleen gaan slapen, beperken van voedingsfrequentie en opvoeren van voedingsvolumes, beginnen met bijvoeding, afbouwen van nachtvoedingen en omgaan met huilen. Zelfs officiële richtlijnen en protocollen voor het hanteren van vragen in deze context gaan mank aan eenzelfde gebrek aan basale kennis. Voor een deel is dat (van die richtlijnen en protocollen) te wijten aan het uitgangspunt dat alles eerst door RCT’s moet zijn bewezen voor het waar is. En veel zorgverleners hangen zo sterk aan of voelen zich zo gedreven tot het strikt volgen van elk protocol dat zij geen initiatief meer willen of durven nemen tot zelfstudie en zelfstandig nadenken.
Dit is mijn uitspraak, daar zult u het mee moeten doen. Quote

Zorgwekkend

(Bonusblog)

De ontwikkelingen binnen de zorgverzekering volg ik met argusogen, zowel als potentiële patiënt als als zorgverlener. Het blog van Menno Oosterhof  En verlos ons van de zorgverzekeraar in Medisch Contact trok dus al snel mijn aandacht. De tot dystopitisch science fiction niveau stijgende almacht van de zorgverzekeraars is op zijn minst zorgwekkend in plaats van zorgverzekerend. De burger moet veel geld betalen voor zorg die hij niet zelf kan kiezen en die op een verkeerde interpretatie van wetenschappelijkheid is gebaseerd: ”…een onjuiste interpretatie van evidencebased medicine als proof restricted medicine.” Dit te horen van een gerespecteerde, wetenschappelijk geschoolde arts maakt mijn dag helemaal goed. De zorgverzekeraars volgen dit pad van alleen als waarheid aan te nemen wat is onderzocht en bewezen. Niet onderzocht is niet bewezen en dus onwaar. Dit is een onhoudbaar uitgangspunt, maar het kan voor de zorgverzekeraars wel heel goed worden gebruikt voor het maken van wurgcontracten met zorgaanbieders of het totaal niet accepteren van wie daar niet aan wil.

World_Currency_SymbolsVoor moeders die borstvoeding (willen) geven speelt dit nu nog niet, want lactatiekundige hulp zit alleen in aanvullende pakketten. Voor wie zich zo’n aanvullend pakket niet kan veroorloven is vergoeding van lactatiekundige hulp dus voor eigen rekening. Voor een eerste consult ben je al snel tussen 75 en 100 euro kwijt. Voor wie zich geen aanvullende verzekering kan veroorloven is dat een heel bedrag. Het is heel dom van de zorgverzekeraars om dit soort dingen (net als kraamzorg) niet te vergoeden. Goede kraamzorg en toegang tot professionele ondersteuning bij borstvoeding zijn op de lange termijn kostenbesparend, want ze voorkomen latere, grotere aanspraken op vergoeding. Het probleem is alleen dat zorgverzekeraars zorgwekkend laag scoren op het vermogen tot lange termijn denken en ook nog eens die verontrustende interpretatie van evidence based aanhangen. Die lange termijnbesparingen zijn wetenschappelijk goed te onderbouwen door door te rekenen vanuit, en een prijskaartje te hangen aan, bestaande studies over verhoging van de incidentie en ernst van een aantal ziekten en aandoeningen bij mensen die als kind geen of weinig borstvoeding kregen. Probleem met zuigelingenvoeding is dat je veel dingen niet kunt onderzoeken met behulp van RCT’s, de zogenoemde Gold Standard in wetenschapsland. Je kunt op ethische gronden ouders niet gerandomiseerd verplichten tot moeder of poeder. Evenmin kun je de voeding van kinderen blinderen. Dubbelblind gerandomiseerd (het hoogst haalbare in wetenschappelijk onderzoek) is dus voor het gebied zuigelingenvoeding vrijwel uitgesloten. Het wordt niet onderzocht op de voorgeschreven wijze en dus is er geen bewijs en dus is het niet waar, aldus de zorgwekkende zorgverzekeraarsredenatie.

diabetic-emergency-picOpsteker voor moeders die hulp nodig hebben: veel vrijgevestigde lactatiekundigen zijn met alle liefde bereid om betalingsregelingen te treffen voor mensen die de aanvullende verzekering niet kunnen opbrengen en daarom ook problemen kunnen hebben met het honorarium van een lactatiekundige. Wat mij betreft kun je het afbetalen met het wekelijkse bedrag dat je uitspaart aan de aankoop van kunstvoeding. Dat vertaalt zich naar €10 per week om er een rond bedrag van te maken. Of €5 als 10 nog te veel is.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.