In een groep met collegae moest ik weer even mekkeren, verzuchtte ik. Dat moet af en toe even in een eenzaam beroep, even afreageren bij collegae. Deze keer ging het over dat gekolf de hele tijd. Begrijp me goed: er zijn heel legitieme redenen om te kolven, want een kind moet nu eenmaal eten en als dat kind dat niet zelf direct uit de borst kan krijgen, zal er gekolfd moeten worden.
Titelafbeelding: knooptekening ”de melkmakerij”: gestileerde verbeelding van de melkklieren in de borst © cga van veldhuizen-staas
Kolven als moeder en kind niet bij elkaar zijn, of als er onoverkomelijke problemen zijn, waar even op een andere manier aan moet worden gewerkt: prima en heel belangrijk. Je zal mij niet horen klagen als een moeder alles doet wat in haar macht en vermogen ligt om haar kind zo goed mogelijk te eten te geven. Ik schreef over het hoe en wat van kolven op deze pagina’s al veel.
Daar maak ik me dus niet al te druk over. Maar waar ik me wel druk over maak, en waar ik me ook zorgen over maak, is dat kolven (soms, vaak, over het algemeen?) wordt ingezet als eerste, en vaak ook enige middel om een antwoord te geven op uiteenlopende borstvoeding problemen. Het grote probleem daarvan is, dat er niet naar de werkelijke vraag of het echte probleem wordt gekeken. Als je enige gereedschap een hamer is, is elke vraag een spijker. Voor sommige zorgverleners lijkt de kolf die hamer te zijn. En, door gebrek aan goede kennisverspreiding, voor veel ouders ook.
De problemen waarvoor kolven in de eerste dagen en weken wordt ingezet zijn twijfel aan de melkproductie, stuwing of juist het niet op gang te lijken komen, een aanlegproblemen, zich uitend in pijn bij de moeder en onrustig drinkgedrag en falende groei bij de baby.
De vervolgproblemen mogen dan door de lactatiekundige worden opgelost. Ik doe mijn werk met plezier, echt waar, maar het opruimen van de rommel die andermans broddelwerk achterliet, is toch niet mijn grootste liefhebberij.
Als er in de eerste 1-2 dagen gekolfd moet worden (kindje snapt het nog niet zo goed of is te suf om het goed te kunnen en zo) dan verdient afkolven met de hand op een lepeltje en dat direct geven de voorkeur boven alle andere manieren van kolven en voeden. Dat voeden met die met de hand uitgedrukte melk kan direct van het lepeltje, of het kan worden opgezogen in een spuitje en worden bijgegeven terwijl het kind aan de borst drinkt. De extra melk en de oefening aan de borst zullen het kindje helpen het zelf te gaan doen. Geen kolfapparaten, geen flessen en liefst geen andere handen dan die van moeder of haar partner.
Veel vrouwen merken, vaak tot hun eigen verbazing, dat dat met de eigen hand kolven goed werkt en die blijven dat doen ook na die eerste dagen. Voordeel: altijd bij de hand, geen batterijen of elektriciteit nodig, geen sterilisatie nodig en geen lawaaierig plastic ding aan je borst. Het gaat heel eenvoudig even tussendoor en je kunt werkelijk alles gebruiken als opvangmiddel: een koffiekopje of -beker, een bakje uit de keuken of zelfs een leeg waterflesje.
Maar nu het waarom van wel of niet kolven.
Niet genoeg melk of verondersteld niet genoeg melk
Dit is een belangrijke indicatie, die blijkt geeft van niet goed begrepen regels van de fysiologie van de lactatie. De mens is een dragend zoogdier, wat wil zeggen dat moeder en kind in de eerste tijd voortdurend in direct lichamelijk contact dienen te zijn. Onze melksamenstelling duidt erop dat onze kinder *zeer frequente* *kleine* voedingen nodig heeft. Vooral de eerste paar dagen als er nog colostrum is, leveren de borsten *per keer dat wordt gevraagd* achtereenvolgens 5ml in de eerste 24 uur, 10ml en 20ml (in de derde 24 uur) (ongeveer!). Dat komt (hoe is het toch mogelijk …) overeen met de groei van de maagcapaciteit van de pasgeborene. Daarna wordt het snel meer per keer. In Vuistregel en Aan de fles leg ik uit hoe je kunt bepalen wat de maag van het kind aankan in de volgende periode. Als er dus vragen zijn over voldoende melkproductie moet eerst worden gekeken of het kind heel vaak drinkt en vervolgens of hij een min of meer effectieve techniek gebruikt. Heel vaak willen drinken is geen teken van te weinig melk en dus geen reden om te gaan kolven. In plaats van kolven kan het kind beter dicht bij de moeder worden gehouden en vaak de borst krijgen. En dan nog eens.
Drinkproblemen
Ik vat deze maar even samen onder 1 noemer. Het gaat om onrust aan de borst, problemen met aanhappen, pijn bij de moeder, en nog zo een en ander. Dit zijn geen redenen om per direct naar de kolf te grijpen, maar om een lactatiekundige in te schakelen. Als de kraamverzorgende en de verloskundige direct of met als enige oplossing de kolf komen, kan de moeder beter per direct een lactatiekundige laten komen. Eerste actie bij al dit soort problemen is zoeken naar een oorzaak en werken aan de aanleg-, aanhap- en drinktechnieken. Als die problemen niet direct te verhelpen zijn en het kind daardoor te weinig te eten krijgt, dan kan kolven nuttig zijn. Dit kan met de hand of met een handkolf of met een elektrische kolf. Liefst terwijl de baby aan de andere borst ligt. De gekolfde melk wordt liefst aan de borst bijgegeven. Juist bij drinkproblemen is het introduceren van andere manieren van drinken een probleem verhogende factor.
Lactatie/borstvoeding is een complex samenspel van organen bij de moeder en bij haar kind, met invloed van hormonen bij moeder en kind en een delicaat spel van vraag en aanbod. Na de geboorte van de placenta vervalt de remmende invloed van de zwangerschap in stand houdende hormonen en krijgen de lactatiehormonen vrij spel. Dit resulteert in een directe aanmaak en afgifte van melk, of er nu een kind drinkt of niet. In dit stadium (ook genoemd lactogenese 1) is de melkproductie hormonaal gestuurd en doet vraag en aanbod nog niet mee. Maar het drinken van de baby, vaak en intensief, zorgt voor de activering van de prolactine receptoren in de melkcellen en dat is belangrijk voor een goede functie van de melkproductie in het systeem van vraag en aanbod later. Hoe meer prolactine receptoren worden geactiveerd, hoe makkelijker er melk kan worden gemaakt. Vaak en goed drinken is dus nodig voor de baby nu om voldoende melk te krijgen, maar ook om later genoeg melk te kunnen krijgen. Dat is 1 van de redenen waarom bijvoeden aan de borst de voorkeur heeft.
Na de eerste dagen met colostrum verandert de productie in de borsten en er komt een overgangsfase (ook genoemd lactogenese 2), zowel voor de samenstelling van de melk van colostrum via overgangsmelk naar mature melk, als voor de triggers voor het aanmaken van melk. Hormonen komen minder vanzelf, maar moeten meer worden getriggerd. Na die overgangsperiode (tijdens de lactogenese 3 of galactopoiese) wordt melk enkel nog gemaakt door vraag en het daarmee triggeren van de hormonen.
Kolven om meer melk te maken, of om overschotten eruit te halen, of om te compenseren voor techniek-problemen, verstoort dit delicate proces en zorgt voor productieproblemen later (te veel of te weinig of afwisselend te veel en te weinig) en drinkproblemen (door het niet oefenen van goede borstdrinktechnieken en de introductie van andere manieren van drinken). Het veroorzaakt op de langere termijn de problemen die het op de korte termijn zou moeten oplossen.
Een kolf hoort dus zeker niet bij de uitzet die een zwangere moeder klaar moet hebben voor als het kind er is. In de eerste dagen (en bij antenataal kolven) zijn de eigen handen de beste kolf en kolven is voor het overgrote deel van de moeders voorlopig nergens voor nodig. Tegen dat moeder weer gaat werken, of om andere redenen onvermijdelijk van haar kind is gescheiden, kan er een kolf in beeld komen, als kolven met de hand niet goed lijkt te werken. Tegen die tijd kan een kolfconsult bij een lactatiekundige een goed idee zijn. Een lactatiekundige die kolven verkoopt heeft vaak meerdere modellen op voorraad waarmee je kunt oefenen en die je kunt vergelijken. Er is niet één kolf die het beste is voor iedereen.
[…] liefst met grote hoeveelheden, kunstvoeding. (Soms wordt er eerst geadviseerd om te gaan kolven, maar dat is ook niet altijd gunstig.) Het kind krijgt die kunstvoeding en zijn maag is tot knappens toe gevuld. Het duurt nogal een […]