Geplaatst op 1 reactie

Apendiploma

apendiploma

Apendiplomatest: Kind staat rechtop, brengt de linkerarm omhoog met de bovenarm over het linkeroor heen, buigt dan de arm over de bovenkant, het hoogste punt, van het hoofd en probeert het rechteroor te pakken.

Er zijn in de ontwikkeling en in de lichaamsverhoudingen bepaalde wetmatigheden. Bijvoorbeeld de normale maat van je maag in rust is net zo groot als je eigen vuist, je hoofd is een achtste van je totale lichaamslengte, je spanwijdte (van vingertop tot vingertop met volledig horizontaal gespreide armen) meet vrijwel het exacte aantal centimeters als je lichaamslengte. De ontwikkelingen die nodig zijn om aan vast voedsel te beginnen, treden allemaal in min of meer dezelfde periode op (ontwikkeling van de kokhalsreflex, ontwikkeling van de grove (kunnen zitten) en de fijne (kunnen pakken) motoriek en de ontwikkeling van de darmfunctie. Enzovoorts. Het apendiploma is ook zoiets. De lichamelijke ontwikkeling is dan zo ver dat de armen in de buurt komen van de volwassen lichaamsverhoudingen en dat betekent dat de ontwikkelingen in het halsgebied (mondmotoriek, ademen en slikken) daar ook aan het komen zijn. De verhoudingen van het lichaam zoals het te zien is ontwikkelen zich van halfom hoofd en lijf plus benen bij een 2 maanden oud ongeboren kind tot het hoofd als een kwart van de totale lengte bij de pasgeboren baby tot het hoofd als ongeveer een achtste van het totale volwassen lichaam.

pendiplomaOp de afbeelding is te zien hoe die veranderingen in lichaamsverhoudingen zich ontwikkelen, eerst in de zwangerschap en daarna in de groei tot en met volwassenheid.

 

apendiploma
Kasper (groep 1) en Arthur (groep 4) doen de apendiplomatest. Merk bij Arthur op dat hij ook volop in de tandenwisseling zit

De armen blijven, vanaf de geboorte, in verhouding ongeveer even lang ten opzichte van het lichaam, de vingers komen tot min of meer halverwege de dij bij rechtop staan. Omdat het hoofd nog geruime tijd in verhouding veel groter blijft duurt het een aantal jaren voor de armen, ook weer in verhouding, lang genoeg zijn om over het hoofd heen met de vingers het tegenoverliggende oor aan te raken. Net als bij het samenlopen van ontwikkelingen die horen bij het gaan beginnen aan ander voedsel dan enkel melk is dat ook het geval bij het apendiploma. Het apendiploma is ook een tijdsaanduiding van diverse ontwikkelingen. Het komt overeen met ongeveer de periode van het wisselen van het gebit (en dat hangt weer samen met ongeveer de bovengrens van de borstvoeding periode) en met de periode waarin het kind schoolrijp begint te worden. (Schoolrijpheid is een beetje een verouderde term, stammend uit de tijd dat er nog een duidelijke overgang was van kleuter naar schoolkind.)

 

Bijna! Erg jong nog, maar beide broers hebben op alle fronten een ontwikkeling die wat voorloopt op de gemiddelden.

Het apendiploma wordt gebruikt als indicatie voor de leeftijd waarop kinderen noten en andere min of meer gladde, kleine ronde of cilindrische dingen mogen eten. Tot die tijd moeten die ronde dingen zoals druiven, kerstomaatjes, olijven, maiskorrels, ronde bonen, etc over de lengte in vieren worden gesneden of platgedrukt  en noten moeten worden gemalen. Die kleine ronde dingen hebben namelijk de neiging om ”in het verkeerde keelgat” te schieten en de luchtpijp af te sluiten. Maar ook kleine ronde dingen als pinda’s, erwten en maïskorrels kunnen de luchtpijp inschieten ernstig irriteren, ook als de luchtpijp niet echt afsluiten.

Zachte, kneedbare, vervormbare dingen, zoals marshmallows (spekjes), maar ook knakworstjes, zijn haast nog gevaarlijker dan harde dingen. Zachte dingen kunnen samengeperst worden en zo echt als een kurk de luchtpijp afsluiten.

O, ja, voor ik het vergeet: snijd voor kinderen ook geen fruit en groente met een meloenballetjes steker in van die mooie bolletjes. Het ziet er prachtig uit, zo’n bolletjessalade, maar het is een recept voor ellende.

Die zachte dingen kunnen gevaarlijk blijven, voor de kleine harde, ronde dingen wordt het gevaar kleiner na het behalen van het apendiploma, omdat dan de luchtpijp een grotere doorsnede heeft. Ook dan is het nog het veiligst om niet te eten en onderwijl andere dingen te doen, zoals lopen, spelen. Heftig lachen of iemand laten schrikken kan er ook voor zorgen dat er stukken de luchtpijp ingaan. Dat kan de luchtpijp afsluiten of de luchtpijp verder ingaan en daar irritatie veroorzaken.

Als je dit allemaal nogal eng vind, is het een goed idee om een cursus kinder EHBO te volgen. Hier leer je hoe te reageren op allerlei ongelukken en verwondingen, wat je zelf kunt doen en wat je zeker niet moet doen, maar ook het verschil tussen verslikken en verstikken en wat je bij beide wel en niet moet doen en wanneer je 112 moet bellen.

1 gedachte over “Apendiploma

  1. […] Het aanbieden van gepureerd en geprakt eten en pap is dus niet de manier om het eten veiliger te maken. Grotere stukken (ongeveer het formaat van de eigen vuist van het kind) voorkomt dat het in het verkeerde keelgat schiet. Kleinere dingen die niet door de kokhalsreflex worden tegengehouden moeten een vorm krijgen waardoor ze niet in de luchtpijp vast kunnen komen te zitten. Meestal volstaat overlangs in vieren snijden of platdrukken. Als dat niet kan, en bij kleine harde dingen, moet dat soort eten voorlopig nog helemaal niet gegeven worden. Denk daarbij aan maiskorrels, noten en pitten. (zie hiervoor ook het Apendiploma) […]

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.