Het Engelse “science fiction” betekent letterlijk vertaald “wetenschapsfictie”, en dit is dan ook de betekenis die de bedenker van de term eraan heeft willen geven. Science fiction was vooral bedoeld als een middel tot popularisatie van de wetenschap en van wetenschappelijke ontdekkingen, maar de geschiedenis ervan laat zien dat deze gedachte door latere schrijvers slechts beperkt is nagestreefd. In het genre worden tegenwoordig vooral toekomstbeelden met verzonnen technologische vooruitgang en wetenschappelijke ontwikkelingen gebruikt.
Zomaar weer eens een Twitter gesprek: ”vaccins zijn levensreddend, borstvoeding is heel gezond. Geen mening/oordeel, maar een feit. @eurolacpuntnet blogje?” – ”Je zal van mij geen blog krijgen over de veronderstelde levensreddendheid van vaccinatie.” – ”gelukkig zijn er genoeg experts die daar wel een blog over kunnen schrijven” – ”Over de levensreddendheid van borstvoeding & het mogelijk nuttige effect van vaccinaties in speciale omstandigheden daarentegen …” De eerste trigger was natuurlijk dat ‘geen mening, maar feit’. De feitelijkheid van de levensreddendheid van vaccinaties is net zo feitelijk als de wetenschap in science fiction. Degenen onder u, mijn beste lezers, die meer van mij gelezen hebben, weten dat ik gek ben op science fiction. Ik verslind het, zowel in geschreven als gefilmde vorm. Het oude blog versierde ik vooral met afbeeldingen uit film en televisie en veel daarvan betrof science fiction en haar zusje fantasy. Ik ben me tijdens het lezen en kijken evenwel zeer goed bewust van het belang van het woorddeel fiction dat prevaleert boven science. De fantasy valt er een beetje buiten, omdat daar het onverklaarbare wordt verklaard door het bovennatuurlijke en niet door wetenschap.
De werkelijke waarde van wetenschap is een met regelmaat terugkerend thema van mijn schrijfsels. Waar wetenschap in de Middeleeuwen en de eeuwen erna meer weghad van fantasy omdat er domweg te veel nog niet anders dan bovennatuurlijk verklaard kon worden, lijkt wetenschap nu volkomen feitelijk en de ultieme waarheid te zijn. Toch komt er nog heel wat magisch denken bij kijken. Toen Asimov in zijn Robotromans een toekomstige wereld beschreef waarin ziekte volkomen was uitgeroeid, wist hij heel goed waar de science eindigde en de fictie begon.
Ziekte en risico uitroeien is een fictie. Vaccinaties heten het risico op bepaalde ziektes tot nagenoeg nul te reduceren en dat ook nog eens zonder noemenswaardige bijwerkingen te doen. Ik zal de aanhangers van de wetenschapsreligie uit de droom helpen: vergeet het maar. Zelfs het eeuwenlang ontwikkelde, geteste en aangepaste natuurlijke middel voor de bescherming van kinderen tegen ziekte, infectie en andere narigheid doet dit niet 100%.
Een wereld en een mensenleven zonder risico en zonder ziekte is pure fictie, zelfs fantasy. Het zou waarachtig bovennatuurlijke krachten vergen om dat tot stand te brengen. Je kunt ziekte voorkomen en risico’s indammen, dat dan weer wel. Een van de meest efficiënte en effectieve dingen om dat te doen is borstvoeding geven aan pasgeborenen en borstvoeding naast gezond ander eten tussen zes maanden en een jaar of 2-4-6 of zo. Er is becijferd dat meer borstvoeding op die manier miljoenen kinderlevens per jaar kan sparen.
Als die borstvoeding dan wordt gecombineerd met gezonde voeding voor moeders en algemene hygiëne, kom je al een aardig eind in de richting van het uitbannen van levensbedreigende ziektes.
Vaccinaties zijn wellicht een bruikbare manier om risico’s te verkleinen als de omstandigheden niet meewerken aan het hygiëne punt, als de kennis over hygiëne en gezonde voeding niet beschikbaar is en als borstvoeding door omstandigheden als HIV en dergelijk beperkt beschikbaar is.
Nu wil het geval dat het nut, de noodzaak en de veiligheid van vaccinaties niet zo goed wordt onderzocht en bewezen als van bijvoorbeeld curatieve medicijnen. De effecten van geen borstvoeding worden ook onderzocht, maar om allerlei redenen is dat vaak niet mogelijk op de manier die de huidige wetenschap als enig steekhoudende ziet. Men zou denken dat een sturende overheid beide zaken met een vergelijkbare aandrang en terughoudendheid zou behandelen. Dat is dan een heel onjuist blijkende veronderstelling. In het geval van vaccinatie wordt zeer, zeer dringend, en met middelen die niet altijd even ethisch zijn, het publiek aangezet tot deelname, tot op het punt van het opperen van verplichtstelling. Het geven van borstvoeding wordt voor de vorm en op papier aangemoedigd, maar er wordt weinig aan gedaan om het echt te stimuleren en mogelijk te maken en het moet vooral een persoonlijke keuze van de ouders zijn. Ouder die overwegen of beslissen hun kinderen niet of minder of later in te enten worden verguisd en tussen de regels door beticht van kindermishandeling en bedreigers van de volksgezondheid. Ouders die overwegen geen of minder borstvoeding te geven wordt geen haarbreed in de weg gelegd, zij worden gesust en geknuffeld om daar vooral geen slechte gevoelens over te hebben. Zij worden er niet van beticht het immuunsysteem en de directe en latere gezondheid van hun kinderen in gevaar te brengen.
Mogelijk, ik zeg mogelijk, want ik wil niet beticht worden van samenzweringstheorieën, mogelijk dus speelt geld hierin een rol. Er spelen zeer grote economische belangen mee, zowel bij het niet geven borstvoeding als het wel geven van vaccinaties. De zuigelingenvoeding-, cq. de farmaceutische industrie hebben zeer grote financiële belangen bij de keuzes die ouders maken en dus bij invloed op het beleid van de overheid. De wandelgangen en lobby-lobby’s zitten vol met deze financieel belanghebbenden. Door een steeds meer terughoudend overheidsbeleid in de financiering van wetenschappelijk onderzoek richten wetenschappelijke instellingen zich naar de industrie voor sponsoring. De industrie is meer dan happy om die steun te bieden, hoeveel miljoen wil je? Deze private bemoeienis speelt ook op vele andere terreinen van gezondheid, zoals in de programma’s voor bestrijding van obesitas.
De overheid verzaakt haar verplichting inzake de gezondheid van haar burgers door het bijna verplichtend te adviseren in het een en te zwak te ondersteunen in het ander.
Bonus: de trailer van Host, op de rand van science fiction en fantasy
Science fiction […] is tegenwoordig een belangrijk genre dat vooral opgeld heeft gedaan in literatuur, stripverhalen, films, televisieseries, hoorspelen en computerspellen. Het Engelse “science fiction” betekent letterlijk vertaald “wetenschapsfictie”, en dit is dan ook de betekenis die de bedenker van de term, Hugo Gernsback, eraan heeft willen geven. Voor Gernsback was de sciencefiction vooral bedoeld als een middel tot popularisatie van de wetenschap en van wetenschappelijke ontdekkingen, maar de geschiedenis ervan laat zien dat deze gedachte door latere schrijvers slechts beperkt is nagestreefd. In het genre worden tegenwoordig vooral toekomstbeelden met verzonnen technologische vooruitgang en wetenschappelijke ontwikkelingen gebruikt. (Wikipedia)
Fantasy: Zie voor een overzicht van afbeeldingen mijn Pinterest Board Blogillustraties.