door Gonneke van Veldhuizen-Staas, Lactatiekundige NLG
©1998, 2005, 2015, 2018, 2021
De eenzame baby (voorheen ”Huilende baby’s”) gaat over basisbehoeften van mensenkinderen: nabijheid, aanraking, onvoorwaardelijke liefde
Inleiding
Het opvoeden van kinderen is iets waarover het overgrote deel van de westerse menselijke geschiedenis weinig bewust is nagedacht. Lange tijd werd een kind gezien als een onvolkomen volwassene, een staat waaruit hij zo snel mogelijk diende te worden verlost. Sinds de Verlichting is dat idee stilaan gaan veranderen. Opvoedkunde ging zich bezighouden met het kind als kind, maar het doel van de opvoeding bleef het vormen van het kind tot een volwassene volgens de normen van de maatschappij. Pas zeer recent is men gaan nadenken over het kind als een volwaardig persoon en de opvoeding als een manier om die persoon tot zijn recht te laten komen als individu. Dit artikel gaat uit van het kind als volwaardig mens in een ontwikkelingsgang naar volwassenheid passend binnen zijn eigen blauwdruk en binnen de maatschappij waarin hij zal leven en waaraan hij zelf mede vorm zal geven.
Getijden in opvoeding
De ouders van de generatie van mijn ouders (jonge ouders in de eerste naoorlogse decennia) waren er volledig van overtuigd dat huilen goed was voor de longetjes, de baby oefende zich ermee. Verder dacht men dat baby’s huilden om hun ouders te manipuleren en erop reageren zou ze maar verwennen. Er groeide een generatie volwassenen op voor wie het nooit genoeg denken te hebben een belangrijke factor in de karaktervorming werd.
Een groot deel van hen volgde, eenmaal zelf ouder geworden, de anti-autoritaire methode, want hun kinderen moesten de ruimte krijgen die ze zelf als kind misten. De daaruit opgroeiende generatie lijkt voornamelijk vormloos (want grenzeloos) en doelloos rond te dobberen. Materialisme is belangrijk, want behalve de grenzeloze vrijheid kregen zij van hun ouders weinig meer mee. Hun kinderen komen in materieel opzicht niets te kort, maar emotioneel is voor hen schraalhans vaak meester.
Basisbehoeften van de baby
Geen van deze generaties ouders heeft echt gekeken naar de werkelijke behoeften van een mensenbaby. Wat zijn de behoeften van een mensenbaby? Natuurlijk voedsel, warmte en veiligheid, maar vooral ook alles wat hij nodig heeft om volwaardig mens te worden, in het bezit van al zijn menselijke vermogens en de mogelijkheden om deze vermogens ten volle te benutten. Dit te bereiken, vergt een lange weg van drie maal zes tot zeven jaren, maar de basis wordt al in de eerste drie jaar vanaf de conceptie gelegd. Deze periode wordt nu aangeduid met de term ‘’de eerste 1000 dagen’’ en wordt door psychologen en pedagogen gezien als de basis voor de rest van het leven.
De eerste jaren in het leven van een mens zijn bepalend voor het verankeren van het basisvertrouwen, dat wil zeggen het kunnen vertrouwen op een geaccepteerde plaats onder de mensen. Het is het weten dat je er mag zijn, zoals je bent, dat je gehoord wordt als je roept en dat je krijgt wat je werkelijk nodig hebt.
Basisvertrouwen
De jonge baby leert dit vertrouwen kennen uit de liefde en nabijheid van zijn ouders, in de eerste maanden voornamelijk in de armen en aan de borst van zijn moeder. Een baby heeft nog geen besef van tijd en ruimte, van ‘dan’ en ‘daar’, maar alleen van ‘nu’ en ‘hier’. Wat niet nu en hier is, bestaat voor hem niet. Als hij honger heeft, kan hij zich letterlijk niet voorstellen dat hij door even te wachten vanzelf zijn maag gevuld krijgt; als hij roept (huilt) begrijpt hij niet dat zijn moeder heus wel reageert, ook al duurt het wat langer.
Een baby die roept en niet gehoord wordt, voelt zich letterlijk van goden en mensen verlaten: zijn recht om er te zijn wordt niet erkend. Wanneer dit herhaaldelijk, systematisch zo gebeurt, zal het kind in plaats van een basisvertrouwen, een basiswantrouwen ontwikkelen. Dit kan zich uiten in die zin dat hij zich door zijn leven heen gaat vechten: vechten om te krijgen wat hij nodig heeft, vechten om er te mogen zijn en geaccepteerd te worden. Of de andere kant op: een levenslang gevoel van het niet waard te zijn, niet belangrijk genoeg te zijn als mens, niet geaccepteerd te worden, er niet bij te horen. Geen van beide zijn een goede basis voor het zich ontwikkelen tot een volledig en volwaardig mens.
Nabijheid
Daarnaast is aan het huilen van baby’s ook een ander aspect. Huilen is geen fysiologische bezigheid. Het is een signaal om aan te geven dat er iets niet klopt. Bij onze primitievere voorouders moest dit noodsignaal zo snel mogelijk gedempt, maar beter nog voorkomen worden, want kindergehuil lokte roofdieren.
Dat wat niet klopt, kan honger, dorst, pijn of kou zijn, maar bij een baby uit onze samenleving is eenzaamheid waarschijnlijker. Een baby die niet in directe nabijheid van een ander mens is, is heel letterlijk een eenzame baby. Een kind wordt pas waarlijk mens als hij onder de mensen is. Een baby heeft het voorbeeld van anderen nodig om mens te leren zijn. ‘Onder de mensen zijn’ is net zo’n levensvoorwaarde als voedsel. Kinderen worden ziek en kunnen, in extreme gevallen, wegkwijnen en zelfs doodgaan aan gebrek aan menselijke aandacht en lichamelijke koestering. Nabijheid en koestering zijn net zo voedzaam als het beste voedsel; zo verwarmend als de beste kleertjes en dekentjes; zo troostend als de mooiste mobiles, de best wiegende wieg en de mooiste slaapliedjes samen.
Moedermelk
Ook aan de samenstelling van moedermelk en de ontwikkeling van het kinderlijke spijsverteringsstelsel is af te lezen dat een mensenkind gedurende een vrij lange periode na de geboorte dicht bij zijn moeder moet zijn. Menselijke melk is zeer ongeconcentreerd en licht verteerbaar.
De voor de groei en ontwikkeling benodigde voedingsstoffen uit moedermelk worden snel opgenomen en verbruikt, zodat daarvan een vrij continue aanvoer noodzakelijk is. Dit wijst erop dat een mensenbaby zeer vaak gevoed moet worden. Voor een gezonde ontwikkeling is een kind gedurende het eerste halve levensjaar van zijn moeders melk afhankelijk.
Lichaamscontact
In dicht contact met zijn moeder groeit een baby het eerste levenshalfjaar voorspoedig, zowel naar lichaam als naar geest. In het eerste halfjaar wordt op deze manier alles wat de baby krijgt, voedsel, zintuiglijke indrukken, als het ware door zijn moeder gefilterd. Dicht bij zijn moeder, in een draagdoek tegen haar lichaam, maakt hij alles wat mensen om hem heen doen mee. Hij kan het opnemen door te zien, voelen, ruiken en horen, of zich ervan afsluiten door zich naar moeder te draaien en te gaan drinken of slapen. Zijn moeders aura, zou je kunnen zeggen, is een betere filter dan de beste zijden hemeltjes om de mooiste goedgekeurde ledikantjes of wiegjes. In modernere termen zou je kunnen zeggen dat de baby het best floreert als hij in de persoonlijke bubbel van zijn moeder leeft. De persoonlijke bubbel van een ander mens werkt ook heel goed, maar daar is meestal geen melk te halen. Een gezonde baby die bij zijn moeder is, heeft nauwelijks reden om te huilen. Hij heeft geen honger of dorst, want de borst is dichtbij; hij heeft het niet te koud of te warm, want zijn moeder’s lichaamstemperatuur is zijn thermostaat; hij heeft geen last van zijn darmpjes, want hij drinkt vaak een beetje goed verteerbare moedermelk, de bewegingen van zijn moeder masseren zacht zijn darmen; hij raakt niet oververmoeid, zijn moeders veilige nabijheid zorgt dat hij slaapt als hij dat nodig heeft.
Overgevoeligheid
Natuurlijk zijn er kinderen die zo gevoelig zijn voor indrukken, dat zij zelfs allergische regeren op iets dat hun moeder eet en door haar melk bij hen komt, of overprikkeld raken door omgevingsfactoren die hem zelfs door zijn moeders dempende invloed overspoelen.
De oplossing is niet om dit kind van elke menselijke nabijheid af te schermen en te voeden met hypoallergene voeding, maar om de moeder beter te laten filteren. Dat wil zeggen dat de moeder let op wat zij eet en in welke omgeving zij is. Extra aandacht aan de baby geven, naast de voortdurende lichamelijke nabijheid kan makkelijk leiden tot een vermaaksprogramma, dat voor veel onrust en uiteindelijk meer huilen kan zorgen. De warmte en beweging van het lichaam van zijn moeder tijdens haar normale bezigheden geeft ruim voldoende prikkels om zijn ontwikkeling te stimuleren.
Waarlijk mens zijn
Mensen die als baby kregen wat zij nodig hadden, wanneer zij dat nodig hadden en zoveel zij dat nodig hadden aan voedsel, warmte, nabijheid en aandacht, zijn zelfstandiger, zelfbewuster en socialer dan zij die dit moesten ontberen. Zij kunnen al hun geestelijke en lichamelijke energie gebruiken voor het ontplooien van hun mogelijkheden, zonder deze aan het veroveren van een plaats te moeten verspillen. Laten we alsjeblieft niet de al te veel gemaakte fout herhalen om te denken dat door mensen gemaakte substituten (zuiver wollen kleding, zijden hemeltjes, schommelwieg, kunstmatige zuigelingenvoeding, etc.) werkelijke menselijke voeding, warmte en nabijheid kunnen vervangen.
Geen eenzame baby
Een baby die geen eenzame baby is, maar door responsieve ouders wordt verzorgd en omringt met onvoorwaardelijke liefde, zal de beste basis hebben om tot volledig wasdom te komen op lichamelijk, emotioneel en mentaal gebied.
Waauw
[…] buitenlucht. Een kap sluit af van de lucht. Ik ben wel een grote fan van het dragen kindjes, want de mens is van de dragende soort. De gedragen baby verkeert in een vertikale positie, veel functionele dan een horizontale, is in […]