Dit verzamelblog geeft een overzicht van al mijn poepverhalen, een hele bolus dus, in elke betekenis ongeveer. Let the shit hit the fan. En: Enjoy.
Let op: dit is een longread, want alle poepverhalen staan onder elkaar. Via de inhoudsopgave ga je direct naar de individuele blogs
Ik begin met een bonus: Recept om zelf bolussen te bakken (van de VVV Zeeland)
Bolus kan verwijzen naar:
- Bolus (medicijn), de toediening van een geneesmiddel, bijvoorbeeld middels een injectie of, vooral gebruikt bij dieren, een strooppil of -brok
- Zeeuwse bolus, een Zeeuws broodje met stroop en kaneel
- Boles, ook wel bolus genoemd, een joods soort gebak dat in Nederland wordt verkocht
- Bolus (grondsoort), een fijne, vettige kleiaarde
- Een drol wordt soms ook bolus genoemd, naar de gelijkenis in vorm
en over die laatste gaan deze verhalen dus.
Inhoudsopgave
Poep
Een nogal crappy verhaal van een babypoepverwijderingsspecialist trok de aandacht van wat borstvoedende moeders op Facebook: Introduceren van vast voedsel. Mijn eerste reactie was ”Oh, shit!”. Nu is dat als het over poep gaat een heel legitieme reactie, maar daar ging het net niet over. Deze poepspecialist deed alsof ook de voeding van zuigelingen binnen de taakomschrijving ligt. En gezien de overdadige crappy nonsense die ze in het artikel uitkramen is dat een zeer onjuist zelfbeeld. Nu zijn er natuurlijk zeer sterke banden tussen de industrieën die babyverzorgingsproducten, inclusief luiers en babybillenreinigers, maken en industrieën die vloeibare en semi-vloeibare babyvoedselproducten maken. Ik zal het artikel er eens bij nemen en aangeven wat er allemaal niet klopt en wat filosoferen in het waarom van het moedwillig doorgeven van onjuiste informatie aan jonge ouders.
”Op vier maanden vinden de meeste baby’s het tijd voor iets stevigere kost dan melk. Aanwijzingen dat je kleintje klaar is voor vast voedsel zijn als hij ‘s nachts weer vaak wakker wordt, geïnteresseerd is in eten wanneer je vlakbij hem eet, op zijn vuistjes knabbelt en zijn honger niet meer gestild wordt door een goede lange voedingsbeurt.” Waar te beginnen met wat er allemaal fout is in deze openingsalinea? Om te beginnen vinden de meeste baby’s de borst het meest interessante en lekkerste en nodigste voedsel en troost en bescherming dat er is. Andere mensen kunnen wel denken dat er iets anders nodig is, baby’s denken dat over het algemeen niet. Moedermelk is ook redelijk stevige kost (energiek te noemen zelfs) en geeft de baby vooralsnog heel wat meer voedingswaarde dan papjes van enige soort. Baby’s zijn op deze leeftijd uitermate geïnteresseerd in alles wat papa en mama doen, praten, eten en wijn drinken, maar dat wil nog niet zeggen dat zij dat ook moeten. Dat geknabbel op die vuistjes geeft aan dat zij hun handjes zojuist hebben ontdekt als machtig prachtig speelgoed. Tekenen die aangeven dat een kind toe is aan ander eten dan melk zijn zelfstandig (met minimale steun) kunnen recht zitten, een naar achteren verplaatsende kokhalsreflex, zelfstandig doelgericht dingen kunnen oppakken en weer loslaten en het bezitten van een mondmotoriek die het voedsel behalve van voor naar achteren ook heen en weer en op en neer door de mond kan verplaatsen. Fabrikanten van potjesvoeding, de vriendjes van de luierfabrikant, willen natuurlijk wel heel graag dat kindjes al met vier maanden aan ander eten toe zijn. Vast voedsel kun je dat nog niet noemen, want op deze leeftijd kunnen kinderen enkel nog vloeibaar en semi-vloeibaar voedsel met de mond verwerken.
”Tegen de tijd dat je baby 16 weken oud is, moet je beginnen met het introduceren van vast voedsel in zijn dagelijkse dieet. Tot nu toe, was melk het enige wat je baby nodig had, omdat z’n onvolgroeide verteringssysteem nog niet klaar om vast voedsel aan te kunnen. Maar vanaf ongeveer vier of vijf maanden, zal hij door z’n steeds intensievere activiteiten en z’n snelle groei, steeds meer honger krijgen. Je zult misschien merken dat hij steeds meer aandacht heeft voor jouw eten, dat hij niet tevreden lijkt met dat van hem, dat hij ‘s nachts weer vaak wakker wordt en veel tijd besteedt aan het kauwen op z’n kleine vuistje. Het is tijd om iets substantiëlers te proberen.” Om te beginnen moet er natuurlijk helemaal niets en al helemaal niet vast voedsel. Zoals we eerder al zagen is vast voedsel in deze context een fout begrip. Vast voedsel heeft kauwen nodig en om te kauwen moeten je tong en kaken bepaalde bewegingen maken waartoe een kind van 16 weken fysiek nog niet in staat is. Verder klopt dit stukje ook taalkundig niet. De eerste zinnen gaan over de spijsvertering die al dan niet klaar is voor iets anders dan melkvoeding en in de verklaring daarna gaat het om toegenomen energiebehoefte door toegenomen activiteit. Het is net zo’n redenering als ”paars want achttien ruikt naar scheikunde.” Het is al lang bekend dat bij het vorderen van de leeftijd de totale energie behoefte in het eerste halve levensjaar niet toeneemt, omdat naarmate de baby groeit, de behoefte aan calorieën per kilo lichaamsgewicht afneemt. Tussen één en zes maanden is de totale dagbehoefte aan melk min of meer gelijk. Toevoegen van ander voedsel in plaats van moedermelk is contraproductief, omdat de daarvoor gebruikte voedingsmiddelen een lagere energiewaarde hebben en bovendien maar matig worden opgenomen. Het kost het lichaam in het begin ook meer calorieën om het te verteren dan dat het oplevert. Ander voedsel dan moedermelk is een aantasting van de darmflora en de integriteit van de darm en kan een hogere incidentie van allerlei ziekten en aandoeningen op de korte en langere termijn opleveren. Alleen voor allergie preventie lijkt het erop dat nu en dan kleine likjes of proefjes van enkele soorten voedingsmiddelen een beschermend effect kunnen hebben. Of dit opweegt tegen de nadelen van het prematuur introduceren van ander voedsel is maar de vraag.
”Beslis eerst waar je je baby zult gaan voeden. Baby relaxstoeltjes of eerste plaats autostoelen zijn ideale plekken voor het voeden. Je moet met je gezicht naar je baby zitten als je hem leert eten, zodat je in de juiste hoek zit om de lepel in z’n mondje te doen en je oogcontact met hem kunt houden om hem een comfortabel gevoel te geven.” Een relaxstoeltje (wipstoeltje in Nederland) of een autostoeltje is geen geschikte plaats om te eten; een autostoeltje is al helemaal geen goede plaats om te zitten anders dan voor vervoer in een auto. Om te eten moet een kind dat dat eten nog maar aan het leren is, vooral goed rechtop zitten of, als hij dat nog niet echt goed zelfstandig kan, iets voorover leunend. Achterover en mogelijk wat in elkaar gezakt is een heel gevaarlijke houding om te eten. Het risico van verslikken is niet denkbeeldig. Er is ook iets fout met het plaatje van een baby een comfortabel gevoel moeten geven als je hem eten gaat geven. Kennelijk is eten geven inherent oncomfortabel. En dat klopt. Een kind dat nog niet toe is aan kauwend voedsel opnemen moet zuigend zijn voedsel opnemen en het voedsel moet zo vloeibaar mogelijk zijn. Maar het moet ook eigenlijk vrij ver achter in zijn mond landen, want vooraan in de mond zit een ”naar buiten werken” reflex. Daarom is het voeren van baby’s een kwestie van ofwel de lepel diep in de mond steken en langs het gehemelte afstrijken (beroepsvoeders zijn daar vaak handig in) of van dezelfde lepel voer tien keer van de kin schrapen en opnieuw binnensteken, tot het ten slotte zo vloeibaar is geworden dat het vanzelf verder stroomt naar de keel. Wachten tot het kind de fysieke mogelijkheid heeft om zelf-eten vaardigheden te ontwikkelen, voorkomt dat allemaal. Zet het kind rechtop in een kinderstoel (eetstoel) of houd hem op schoot en leg wat stukken eten neer. Herkenbare stukken, met voldoende beet voor houvast en zacht genoeg om met het nog tandeloze mondje te pletten. Hij kan zelf het eten pakken en in zijn mond stoppen en de wegwerkreflex is van de plaats voorin de mond verplaatst naar achteren en veranderd in een kokhalsreflex voor het wegvangen van te grote brokken. Maar ja, wat heeft Vriend Potjesvoeding Fabrikant daar nu voor baat bij?
”Houd doekjes bij de hand of kleed hem vrijwel helemaal uit, want het wordt een vuil werkje! Begin altijd gewoon met rijstmeel, gemixt met wat van baby’s normale melk (moedermelk of flesvoedingmelk). Geef in het begin maar twee of drie lepels per dag. Kies een vaste tijd waarop je kleintje normaal eet en geef hem het rijsrpapje (typfout exact overgenomen, GvVS) nadat hij wat melk heeft gehad, maar nog steeds interesse heeft in meer eten.” Kijk daar zijn de doekjes van de babyafvalspecialist. Als het niet tot in de luier komt, moet je het elders afvegen natuurlijk. Een vuil werkje is het toch hopelijk niet, want geen enkele ouder zal babylief vuil te eten geven. Kliederig kan het wel worden, ja, of je nu pap en prak of stukjes geeft. Het woord flesvoedingmelk zal ik beschouwen als niet gezien, tsss. Beginnen met kleine beetjes is het eerste zinnige zinnetje dat ik tegenkom, maar het wordt gelijk weer gevolgd door onzin. Een vaste tijd is niet nodig en het vervangen van een maaltijd al helemaal niet. Wanneer je wacht tot een kind echt toe is aan eten, neem je hem er gewoon bij als de rest van het gezin ook eet of snackt en je geeft hem ook wat. Of hij het eet, of er alleen mee speelt, of toch liever de borst heeft, bepaalt baby zelf.
”Sommige baby’s beginnen meteen goed en werken alles ineens naar binnen, terwijl het anderen echt moeite kost. Als jouw baby geen interesse heeft, vergeet het dan voor een paar dagen en probeer het daarna nog eens. Misschien is het voor hem gewoon nog wat vroeg.” Tja, je kan je afvragen of het wel zo positief is dat sommige kindjes van deze leeftijd alles meteen ”naar binnen werken”. Ze kunnen er nog niks mee, hun systeem kan er nog niks mee, het verhoogt het risico van vroegtijdig minderen en stoppen met borstvoeding en laat de darmen onnodig hard werken aan een taak waar ze nog niet aan toe zijn. Voor deze baby is het evengoed nog veel te vroeg. Maar ja, aan de andere kant: Vriend Potjesvoeding Fabrikant zit daar niet zo mee, zolang hij maar meer potjes baby’s in kan schuiven.
”Na ongeveer een week, wanneer hij gewend is aan rijstpap, kun je beginnen met het introduceren van simpele gepureerde ingrediënten zoals wortel, appel of peer. Mix daar je baby’s normale melk doorheen om het hem wat smakelijker te maken. Doe het rustig aan. In het begin zijn een of twee nieuwe soorten voedsel echt genoeg. Er zijn veel goede boeken over voeden met goede receptideeën en bereidingstips . Dus een uitstapje naar de bibliotheek of boekenwinkel is dat wel waard. Wees bereid om volgemorst te worden en maak deze nieuwe ervaring een leuke ervaring.” Als het zonder melk niet smakelijk genoeg is, is hij er nog niet aan toe. Kindjes die toe zijn aan vast voedsel vallen met enthousiasme aan op wat je ze voorzet. Niet dat ze het direct al eten, maar voelen met handjes en mond, kijken, ruiken en proeven zijn in de beginfase van zelf eten noodzakelijke handelingen. Beginnen met eten van ander eten dan melkvoeding is niet zozeer een voedingskundig of voedingstechnisch gebeuren, maar een ontwikkelingsstap. Het eerste halfjaar is melkvoeding de enige voeding en tot de eerste verjaardag is melkvoeding de hoofdvoeding. Vaste voeding is erbij en begint als een wetenschappelijk experiment op babyniveau. Exploreren, ontdekken, uitproberen; hypotheses opstellen, uitproberen, aanpassen en opnieuw uitproberen. Als baby tegen zijn eerste verjaardag een kwart van zijn dagelijkse voedselbehoefte uit niet-melkvoeding haalt is dat al heel mooi. Pas in het halve jaar er na hoeft de balans om te slaan van melkvoeding als hoofdvoeding naar melkvoeding voor erbij.
terug naar het begin
Poeppraatjes
Laten we het vandaag eens over poep hebben. Eerst het woord, de woorden poep en poepen. Veel mensen vinden dat geen nette woorden en gebruiken liever ontlasting of stoelgang en zich ontlasten of zelfs fecaliën of feces en defecatie of defeceren. In het Vlaams is poep niet wat eruit komt, maar waar het uit komt, namelijk het achterwerk. Waarschijnlijk afgeleid van het Franse poupe, de achtersteven van een schip. Het werkwoord poepen wordt in het Vlaams veelal gebruikt als platte omschrijving voor geslachtsgemeenschap. Dit verschil in betekenis van woorden is binnen veel discussie- en gepreksgroepen voor Nederlandse en Vlaamse ouders al vaak stof voor hilarische spraakverwarringen geweest. Als de ene moeder zegt dat haar kind op zijn poep de trap afglijdt of een andere vertelt dat de poep van haar kind groen is, kun je je de beelden die de ouders uit het andere land daarbij hebben voorstellen. Enfin, ik ga het dus hebben over de afvoer van de darminhoud. Bij baby’s. En over die darminhoud zelf.
De inspiratie kwam dit keer van de plotseling oplevende belangstelling voor een gezonde darmflora en het verbeteren daarvan middels poeptransplantaties. Geen verplaatsing van billen van de ene naar de andere persoon, maar enting van bewerkte darminhoud van gezonde mensen in de darm van zieke mensen. Transplantatie met gezonde poep kan ernstig zieke darmpatiënten genezen. In Leiden is een fecesbank geopend. Bron: Doneer je poep, en maak zieke mensen beter | NOS
Als het gaat zoals de natuur, de evolutie of een schepper dat hebben bedacht (vaginale, niet gemedicaliseerde baring en voedend koesteren en koesterend voeden aan de borst) dan heeft het kind de beste kans om met en gezond microbioom te beginnen en dat heeft een levenslange invloed op zijn gezondheid. Het is niet ondenkbaar dat allerlei ziekten en aandoeningen in de rest van het leven hiermee te maken hebben. Dat dus de aan borstvoeding toegeschreven bescherming voor op zijn minst moet worden toegekend aan de invloed van de zuigelingenvoeding en manier van verzorgen (kortweg zoog- en zorggedrag) op het microbioom: Bacteriën boerderij | Eurolac! De output van baby’s wordt al sinds jaar en dag gebruikt als maat voor de gezondheid en het welzijn van de baby. Hoe accuraat is dat?
terug naar het begin
Poeppraatjes nog maar eens
Poeppraatjes nog maar eens want de bakerpraatjes blijven de ronde doen. Over magische moedermelk zonder afval waardoor baby’s dagenlang niet hoeven poepen en het toch geen obstipatie heet. Poeppraatjes nog maar eens dus, want wat is nu eigenlijk normaal en niet.
Reacties op dit blog zijn van harte welkom. Heb je een vraag over de stoelgang van jouw baby, dan is dit niet de plaats die te stellen. Vraag een emailconsult aan, zodat ik prive op jouw specifieke vraag kan ingaan.
Ik wil me deze keer richten op een van de meest hardnekkige bakerpraatjes. Namelijk het idee dat moedermelk zo volledig verteerbaar is dat er geen afval is en een kind rustig zeven tot veertien dagen zonder poepen kan gaan. Het is heel hardnekkig en heel hardnekkig fout. Om te beginnen is het zo dat elk stel darmen gewoon 24/7 moet werken en de inhoud op gang moet houden en dat betekent dat er elke dag wat uit moet, want er komt ook elke dag wat in. Ten tweede is moedermelk niet volledig opneembaar.
Vaker dan één keer per etmaal poepen is, zeker voor zuigelingen, geen groot probleem, veel minder groot dan minder vaak poepen en dagen overslaan.
Overvloedige ontlasting kan een teken zijn van veel melk, maar kan ook normaal zijn. Spuitluiers waarbij je het idee hebt dat je je kind enkel nog aan de schoudernaadjes kunt optillen en in bad laten zakken zijn geen uitzondering. Het verschijnsel kan normaal zijn voor dit kind of er kan een oorzaak als een te enthousiaste melkproductie achter zitten, waardoor er een relatief te kort is aan vet ten opzichte van de overvloedige hoeveelheden suiker. De darminhoud heeft dan te weinig tijd om te worden verteerd en komt gistend en borrelend naar buiten gespoten.
De hardnekkigheid van dit poepbakerpraatje komt waarschijnlijk doordat niet iedereen altijd goed heeft begrepen hoe de spijsvertering werkt en veel wat over baby’s wordt doorverteld, ook door zorgverleners, meer is gebaseerd op ”zo deden we het altijd al” dan op wetenschappelijk onderzoek en basale biologische kennis. Inmiddels weten we dat, hoewel moedermelk het meest makkelijk te verteren voedsel is, er toch ook onverteerbare delen inzitten (probiotische vezels bijvoorbeeld) en er dus altijd afval is. Alle nutriënten die door de darm moeten worden opgenomen, moeten worden verteerd, omgezet en ook dat soort processen geeft altijd afval. Verder bestaat de helft van de darminhoud uit micro-organismen (bacteriën, schimmels etc) en hun afvalproducten.
Er is dus wel degelijk afval, ook bij moedermelk, en dat afval moet het lichaam met regelmaat verlaten. Een gezonde darm moet constant in beweging zijn en afval afvoeren. Ook voor volwassenen zou er minimaal één darmlediging per etmaal moeten zijn. Onregelmatig darmlediging is een belangrijke factor bij het ontstaan van allerlei darmziekten.
De darmen zijn geen vuilnisbak, geen GFT bak, geen compost hoop. Na het verwerken van het voedsel, moeten de restanten zo snel mogelijk het lichaam uit. Er moet ruimte vrijgemaakt worden voor de volgende lading te verteren voedsel. Bij jonge kinderen werkt de maag-darmreflex meestal nog erg goed. Je ziet vaak dat op het moment dat de eerste slokken de maag bereiken de darm aan het werk gaat en de luier wordt gevuld. Ook grotere kinderen hebben dat nog. Zit je net aan tafel en ben je de maaltijd begonnen, moet Pietje plotseling hoognodig naar de WC. Dat doet Pietje niet om te pesten, maar omdat zijn darmen reflexmatig reageren op het vullen zijn maag. Laat hem dus maar lekker gaan, ook al wordt dat meestal niet netjes gevonden.
Kinderen die borstvoeding of moedermelkvoeding krijgen hebben meestal geen verstopping, omdat moedermelk laxerend werkt. Kinderen die ander eten bij krijgen, krijgen meer volwassen poep. Wanneer ze ziek zijn en tijdelijk geen vast voedsel eten, wordt het weer borstvoeding poep. Een peuter die door de zwangerschap heen drinkt en na de geboorte van Brusje colostrum krijgt, merkt daarvan het extra laxerende effect.
Maar hoe ik het ook wend en keer, er zijn inderdaad kinderen die volledig borstvoeding krijgen, op het oog gezond zijn en toch meerdere dagen tot zelf twee weken tussen twee darmlozingen laten. Wat moet je daar dan mee? Er zijn deskundigen die stellen dat kinderen die te weinig poepen ook te weinig eten. Er zit dus als het ware onvoldoende druk achter de darmlozing. Andere deskundigen denken dat er mogelijk te weinig vet in de melk zit, waardoor de darminhoud zich te moeizaam verplaatst.
Tips voor betere stoelgang bij borstvoedende baby’s:
- Voed vaak: voor en na elke keer slapen, bij elke kik en dan nog eens; 8/24 blijft gedurende de hele babytijd volslagen normaal, vaker mag ook. Hoe vaak stop jij zelf elke dag iets in je mond, inclusief snacks, koffie en thee, snoepjes, …?
- Zorg ervoor dat de melk blijft stromen en de borsten niet vol lopen. Legere borsten geven vettere melk. Vettere melk zorgt voor een betere darmsmering.
- Voed nog een keer, gewoon omdat het zo gezellig is, of omdat je liefje zich gestoten heeft of alleen is of gewoon omdat je verliefd bent.
- Niet elke voeding hoeft een ~*~*~*V*O*E*D*I*N*G*~*~*~ te zijn. Jij neemt toch ook niet elke keer dat je iets in je mond stopt een 3-gangen menu?
- Geef nog maar een slokje.
Kortom: vaker eten en vetter eten geeft meer en betere poep.
Doe je alles goed, voed je je een slag in de rondte en is je melk vet genoeg en poept je kindje nog niet elke dag of elke twee dagen? Als hij er echt geen last van heeft, geen buikpijn of kramp en niet zijn bibs kapot perst om het eruit te krijgen, dan kan het gewoon zijn persoonlijke patroon zijn en hoef je niet perse iets te doen. Je kunt hem helpen door hem te dragen in een hurkhouding (benen gespreid en de knietjes hoger dan de billen, zoals een goede ergonomische zit in de draagdoek) en door zijn buik te masseren.
Verplichte leeskost voor ouders en zorgverleners: De Groene Vrouw: Kinderen en darmflora en Die zes maanden.
terug naar het begin
O, shit!
O, shit! Geen fraai woord, maar zeer toepasselijk in de context van dit blog. Ik merk namelijk dat ik veel onrust heb veroorzaakt met mijn poeppraatjes.
Zorg bij vaste voeding altijd voor de ”3V’s”: vocht, vet en vezels. Vet zorgt voor het doorsmeren, vezels zorgen voor bulk en vocht zorgt ervoor dat die vezels geen grote droge prop worden.
Een andere reactie die ik kreeg had het over constipatie als haar kind enkel borstvoeding kreeg. Dit is reden voor zorg, ook als het kind goed lijkt te groeien en ontwikkelen. Moedermelk is laxerend en een kind dat met enkel borstvoeding constipatie heeft, daar is iets mee.
Constipatie of obstipatie betekent niet dat er niet zo vaak een stoelgang is, maar dat er sprake is van ”vastzittende poep”. Een baby die enkel borstvoeding krijgt heeft zachte tot soms (bijna) vloeibare poep. Ook als het maar eens in de zoveel dagen komt, blijft het, als het goed is, zacht. Dikke, vaste of droge ontlasting (constipatie) bij een uitsluitend borstgevoede baby is een teken dat er iets met de voeding of met de vertering niet goed gaat. Ga met de hulp van een lactatiekundige na of het borstvoedingsbeleid klopt: wordt er goed en vaak genoeg en effectief genoeg gedronken? Waar infrequente stoelgang eerder ongewenst of suboptimaal is, is echte verstopping met droge ontlasting absoluut een punt voor nader onderzoek. Het is niet gezond voor de darmen en de huidige en toekomstige darmfunctie.
Er is een verschil in de darmfunctie en de stoelgang patronen van een baby onder de zes maanden die nog uitsluitend moedermelk krijgt en de baby die al begint aan vast voedsel. Probeer te streven naar een optimaal stoelgang patroon voor je aan de introductie van vast voedsel begint. Zo weet je hoe voor jouw baby ”normaal poepen” eruit ziet. Als jouw kind vaak moedermelk per fles krijgt in verhouding tot direct aan de borst, kun je nagaan of je gekolfde melk vet genoeg is. Het verhogen van de vetinhoud van de moedermelkvoeding kan het ontlasting patroon sterk verbeteren. Vettere afgekolfde melk krijg je bijvoorbeeld door vaker te kolven, zodat je borsten relatief leeg blijven. (lees ook Vet in moedermelk)
Als je kind na het introduceren van vast voedsel lastiger stoelgang krijgt, kun je de bijvoeding tijdelijk stoppen en meer moedermelk geven, tot het patroon weer normaal is. Begin daarna weer heel voorzichtig met vast voedsel. Bedenk dat het introduceren van vast voedsel nog helemaal niet gaat om het geven van grote hoeveelheden voedsel, maar om het ontwikkelen van de vaardigheden van het aanhappen en kauwen van vast voedsel, het doorslikken en verteren ervan. Het duurt nog wel even voor het vaste voedsel de melkvoeding gaat vervangen. veel kinderen hebben in het begin juist meer moedermelk nodig om het vaste voedsel te verteren.
Het introduceren van vast voedsel gaat om vast voedsel, niet om semi-vloeibaar voedsel zoals papjes en prakjes en prutjes. Zuigen en sabbelen kan hij al: nu moet hij gaan leren omgaan met het steviger spul dat gekauwd moet worden. Het is natuurlijk niet de bedoeling om keihard spul te geven aan dat nog tandeloze mondje. Gekookt of gestoomd tot het zacht genoeg is om plat te maken in de mond en zonder dat er brokken afbreken en in het keelgat schieten.
Geef voedingsmiddelen in de volgorde van het voedsel introductieschema. Geef liefst stukken zo groot als de vuist van je kind. Ongeveer. Zorg bij glibberig spul voor een soort van handvat. Zacht fruit kan zo gegeven worden, hard fruit wordt zachter gemaakt door stoven of stomen.
Maak je niet druk als er nog niet veel binnenkomt, of als wat er in gaat ook herkenbaar weer eruit komt. Dat is allemaal een normaal onderdeel van het leer- en oefenproces.
Dring nooit voedsel op, dring niet aan, stimuleer niet dat ene hapje nog te nemen. Dit is een risico voor het afleren van de eigen honger- en verzadigingssignalen van je kind en het kan een basis zijn voor allerlei voedings- en eetproblemen.
terug naar het begin
Hoi Gonneke,
Wat een geweldig stuk om te lezen!
Heel erg bedankt voor alle informatie en tips die je hier en op Facebook geeft.
Groeten, Nienke
Dank je wel voor het compliment <3